Nederlandse All Tackle en Lijnklasse Record Lijst ®
 
Claimen van Records
Geïllustreerde Gids
Illustratie: Giant Trevally © 2006 Blue Marlin Holland / Setsuo Hamanaka
Geïllustreerde Gids
 

EEN OVERZICHT IN BEELD

De geïllustreerde gids is een korte samenvatting en een overzicht van de reglementen, voorwaarden en gedragsregels, zoals die gelden voor de Boot en Big Game visserij, om een claim te kunnen indienen.

 

Wij raden u evengoed aan om, voor zowel de Nederlandse, de Europese als de Wereld Lijnklasse Record Claims, de voorwaarden goed door te lezen.

 

DUBBELE LIJN EN ONDERLIJN

 

De dubbele lijnen worden gemeten vanaf het begin van de knoop of wartel op de hoofdlijn,
tot aan de wartel of knoop welke aan de onderlijn is bevestigd.
Bij gebruik van een dubbele lijn moet deze
uit de daadwerkelijke lijn, de hoofdlijn, bestaan welke op de molen of reel wordt gebruikt.

In alle lijnklassen tot en met 10 kilo, mag de dubbele lijn niet langer zijn dan 4,57 meter.
In alle lijnklassen van meer dan 10 kilo, mag de dubbele lijn niet langer zijn dan 9,14 meter.

 

 

In alle lijnklassen tot en met 10 kilo, mag de onderlijn niet langer zijn dan 4,57 meter.
In alle lijnklassen van meer dan 10 kilo, mag de onderlijn niet langer zijn dan 9,14 meter.

 

De lengte van de onderlijn is de totale lengte inclusief kunstaas, lures, haken, lood, etc.

 

 

In alle lijnklassen tot en met 10 kilo
mag de gecombineerde lengte van de dubbele lijn en de onderlijn niet langer zijn dan 6,10 meter.

In alle lijnklassen van meer dan 10 kilo
mag de gecombineerde lengte van de dubbele lijn en de onderlijn niet langer zijn dan 12,19 meter.

 

HAKEN

 

TOEGESTAAN
indien men niet meer dan twee haken gebruikt en elke haak
een vrij bewegende enkele haak is.

 

TOEGESTAAN
indien de de haak, fleur of dreg aan de pilker niet groter is dan maat 8 en
een eventuele tweede enkele haak minimaal 30 cm. en maximaal 100 cm. boven de pilker zit.

 

TOEGESTAAN
indien het kunstaas voor meervoudige haken is ontworpen maar beperkt tot drie en
de haken moeten vrij kunnen bewegen.

 

TOEGESTAAN
als de ogen van de haken niet meer dan 45,72 cm uit elkaar staan in aas en
niet meer dan 30,42 centimeter in lures .

 

NIET TOEGESTAAN
als de ogen van de haken verder uit elkaar staan dan de bovenstaande specificaties.

 

 

 

NIET TOEGESTAAN
als de tweede of ‘trailing' haak meer dan de haaklengte uit de ‘skirt' steekt.
Zie ook illustratie ‘aasrig' met twee haken.

 

 

NIET TOEGESTAAN
in aas en lures als de ogen van de haken minder dan een haaklengte,
van de grootste haak, uit elkaar staan.

 

TOEGESTAAN
als de ogen van de haken niet minder dan een haaklengte uit elkaar staan en
niet meer dan 45,72 cm in aas en niet meer dan 30,45 centimeter in lures.

 

 

TOEGESTAAN
in aas en lures om de haak door het oog van de andere te steken.

 

 

TOEGESTAAN
als de ogen van de haken niet minder dan een haaklengte en niet meer dan
30,45 centimeter uit elkaar staan.
Als de ‘trailing' haak niet meer dan een haaklengte uit de ‘skirt' steekt.

 

 

TOEGESTAAN
als de haak binnen de ‘skirt' blijft.

 

 

NIET TOEGESTAAN
als de enkele haak meer dan zijn lengte uit de ‘skirt' steekt.

 

 

NIET TOEGESTAAN
als de laatste haak niet stevig in of aan het aas is vastgemaakt en
een losse en / of swingende haak is.

 

 

TOEGESTAAN
als beide haken stevig in of aan het aas zijn vastgemaakt en de ogen
van de haken zitten niet meer dan 45,72 cm uit elkaar.

 

 

PIKHAKEN

TOEGESTAAN
op boten als de touwlengte niet meer dan 9,15 meter is.

 

 

TOEGESTAAN
op boten als de gehele lengte van de pikhaak niet meer dan 2,44 meter is

 

HULPMIDDELEN

Hulpmiddelen zoals outriggers, downriggers, vliegers e.d. zijn uitsluitend toegestaan, als de gebruikte vislijn daadwerkelijk aan één van deze hulpmiddelen wordt bevestigd.
De dubbele lijn mag hiervoor echter niet worden gebruikt.

Ook outriggers mogen ook worden gebruikt voor het meeslepen van (extra) kunstaas, ‘teasers' of lokkers, maar die mogen dus niet zijn voorzien van een haak.

 

GEDRACHTSREGELS

  • Vanaf het moment dat een vis aanbijt, het aas of kunstaas pakt, behoort de visser zijn vis aan te slaan, te haken en te drillen.
  • De gevangen vis geeft uitsluitend recht op een recordmelding wanneer deze is gevangen door één enkele visser zonder hulp van derden.
  • Als een hengelsteun wordt gebruikt en een vis pakt het aas of kunstaas, zal de sportvisser zelf deze hengel uit de steun moeten nemen om zijn vis aan te slaan. De bedoeling van deze regel is dat de visser de vissen met de hengel in hand zal zal aanslaan en vasthaken.
  • Een harnas of ‘vechtjas' mag worden bevestigd aan de hengel of aan de molen, maar absoluut niet aan de vechtstoel. Het harnas of de ‘vechtjas' mag worden bevestigd door een tweede persoon.
  • Het gebruik van een vechtgordel of vechtstoel is toegestaan maar de gimbal moet vrij kunnen bewegen. Een gimbal die de kracht, geheel of gedeeltelijk, wegneemt tijdens het drillen van de vis is niet toegestaan.
  • Wanneer er van een boot wordt gevist, en de onderlijn binnen het bereik komt van een tweede persoon, zoals matroos of medevisser, is het toegestaan dat deze zijn hulp aanbiedt om de vis te landen. Hij mag hierbij zijn handen gebruiken.
  • Eén of meerdere gaffers zijn toegestaan en men moet de gaf normaal vasthouden als men gaft.
 

ILLUSTRATIES © 2005, STUDIO EYE CANDY, GRONINGEN.

NEDERLANDSE RECORDS
ZIJN PER 01 / 12 / 06 TE CLAIMEN VOOR
298 VISSOORTEN
EN BIJNA 3000 LIJNKLASSEN
 
Sailfish / Al Barnes